- Reliëf afbeelding van het goddelijke wezen Vishnu, Norton Simon Museum, Pasadena
Met deze beschouwing wil ik de spirituele filosofie in de Hindoestaanse cultuur bespreken en de verschillen schetsen in vergelijking met de spirituele en filosofische opvattingen in de westerse cultuur, qua begrip, ethiek en betekenis.
De spirituele filosofie in de Hindoestaanse cultuur is rijk en divers, geworteld in een traditie die al duizenden jaren bestaat. Als we denken aan de Veda’s dateren die al van 1500 jaar voor Christus. Wat betreft een zekere datering blijft dit altijd moeilijk, omdat deze geschriften oorspronkelijk mondeling werden overgeleverd voordat ze op schrift werden gesteld. De Hindoestaanse cultuur omvat een breed scala aan overtuigingen, praktijken en geschriften die diep verbonden zijn met religie, spiritualiteit en de zoektocht naar zingeving.
De belangrijkste concepten, die het fundament vormen van de Hindoestaanse spirituele filosofie zijn: Brahman, Atman, Dharma, Moksha, Karma, Samsara, Ahimsa, Meditatie en Yoga.
Brahman is een van de meest centrale pijlers in de Hindoestaanse filosofie. Het wordt beschouwd als de ultieme, onpersoonlijke realiteit en de bron van alles wat bestaat. Het is moeilijk om Brahman volledig te beschrijven, omdat het boven menselijke begrippen en taal uitstijgt. Er zijn wel enkele kernideeën welke helpen om de bron van het ultieme, onbegrensde alles, Brahman beter te begrijpen. Brahman wordt gezien als oneindig en zonder fysieke vorm. Het is overal aanwezig en overstijgt tijd, ruimte en materie. Brahman is de hoogste waarheid en realiteit. Het is de bron van alle energie en materie in het universum en de kern van al het bestaan. Brahman staat voor de eenheid achter de schijnbare diversiteit van de wereld. Alles wat we zien en ervaren, is een manifestatie van Brahman. In de Hindoestaanse filosofie wordt gezegd dat de Atman (individuele ziel) hetzelfde is als Brahman. Het besef van deze eenheid wordt beschouwd als een van de hoogste vormen van spirituele verlichting. Brahman wordt vaak in contrast gebracht met de concepten van Maya (illusie ) en Samsara (cyclus van geboorte en dood ), omdat het begrijpen van Brahman betekent dat men deze illusie overstijgt.
Atman is een centraal concept in de Hindoestaanse spirituele filosofie en verwijst naar de individuele ziel of het ware zelf van een persoon. Atman wordt gezien als de kern van iemands wezen, voorbij fysieke, emotionele en mentale aspecten. Het is het zuivere, onveranderlijke zelf dat bestaat buiten tijd en ruimte. In de filosofie van Advaita Vedanta wordt Atman vaak beshouwd als één met Brahman, één met het universele, onpersoonlijke absolute. Atman wordt gezien als onsterfelijk en voorbij de cyclus van geboorte en dood (samsara). Het doel van spirituele beoefening in het hindoeïsme is het realiseren van de eenheid tussen Atman en Brahman. Dit proces, bekend als moksha, bevrijdt een individu van illusies en bindingskracht van de materiële wereld. Atman wordt beschouwd als volledig los van de fysieke wereld, inclusief het lichaam en de zintuigen. De materiële wereld, met al haar veranderingen, wordt als vergankelijk en illusoir (maya) beschouwd, terwijl atman eeuwig en onveranderlijk is. Deze scheiding benadrukt dat ware kennis niet gaat over uiterlijke materie, maar over innerlijke realisatie. Het doel van spirituele oefening is om te beseffen dat je atman bent en niet je tijdelijke lichaam of ego. Deze staat van bewustzijn, waarbij men zichzelf als atman herkent, is een directe ervaring van waarheid en verlichting. Onwetendheid (avidya ) is wat ons verhindert atman te zien, maar dit wordt overwonnen door kennis (jnana ), meditatie en spirituele oefening. Door te leven met het bewustzijn van je atman, kun je transcenderen boven dagelijkse zorgen, angsten, verlangens en gehechtheid. Het helpt om een staat van innerlijke vrede en onverstoorbaarheid te bereiken. Het idee benadrukt ook universele eenheid, want als iedereen atman is, betekent dit dat er geen scheiding is tussen individuen op een diep spiritueel niveau. Samenvattend zou je kunnen zeggen dat atman een concept is dat ons uitnodigt om voorbij de oppervlakkige lagen van ons bestaan te kijken en ons ware, tijdloze zelf te ontdekken en te ervaren.
Dharma is een kernbegrip in de Hindoestaanse filosofie en kan het beste worden omschreven als een complexe en veelzijdige leidraad voor het leven. Het kent geen exacte vertaling, maar wordt vaak beschreven als “plicht”, “levenspad “ of “harmonie met de kosmische orde “. Dharma vertegenwoordigt de kosmische wet en orde die het hele universum en het leven regeert. Tegelijkertijd heeft het een persoonlijke dimensie, want elk individu heeft een unieke dharma gebaseerd op zijn of haar rol in het leven, zoals familieverantwoordelijkheden, sociale posities of professionele verplichtingen. Het begrip is flexibel en kan variëren afhankelijk van omstandigheden. Wat juist is voor een president, is niet altijd hetzelfde voor een student of een huisvader. Dharma nodigt mensen uit om bewust te handelen in harmonie met hun specifieke situatie, terwijl ze het grotere geheel in gedachten houden. De concepten van dharma zijn verweven met de vier levensstadia in het Hindoestaanse wereldbeeld: De Brahmacharya (studententijd), het verkrijgen van kennis en discipline. Grihastha ( huishoudelijk leven ), het naleven van gezinsplichten. Vanaprastha ( kluizenaarschap ), het doorgeven van wijsheid en het afstand nemen van materiële zaken. Sannyasa ( afstand van de wereld ), volledige toewijding aan spirituele groei. Handelen volgens dharma betekent ook het naleven van ethische principes zoals waarachtigheid ( Satya ), geweldloosheid ( Ahimsa ) en compassie. Deze waarden helpen bij het behouden van balans en harmonie, zowel in jezelf als in de wereld om je heen. Door je dharma correct te volgen, kun je geleidelijk spirituele vooruitgang boeken. Dharma wordt vaak gezien als een van de stappen op weg naar Moksha ( bevrijding uit de cyclus van wedergeboorte ). Dharma heeft unieke kenmerken die het onderscheiden van andere ethische systemen, terwijl het soms ook overlapt met universele morele principes. Dharma gaat verder dan enkel ethiek, het is nauw verweven met het idee van kosmische orde. In tegenstelling tot veel westerse ethische systemen die vaak gericht zijn op interpersoonlijke relaties en moraal, benadrukt dharma een diepe verbondenheid met de natuur, het universum en spirituele groei. Dharma is flexibel en afhankelijk van tijd, plaats en persoonlijke omstandigheden. Dit staat in contrast met veel westerse ethische systemen, zoals het deontologische perspectief van Kant, waar universele regels centraal staan, ongeacht de context. In dharma kan wat juist is voor één persoon in bepaalde situaties niet juist zijn voor een ander. Dharma erkent dat ieder individu een unieke rol heeft in het leven en dat ethisch handelen moet passen bij die specifieke rol. Veel traditionele ethische systemen hebben meer een algemeen toepassingsgebied, zonder rekening te houden met persoonlijke variaties. Dharma is niet alleen een code voor sociaal gedrag maar ook een middel tot moksha (spirituele bevrijding ). Westerse ethische systemen zijn vaak pragmatisch en gericht op het maximaliseren van welzijn, maar missen deze directe spirituele doelstelling. In dharma wordt ethiek gezien als onderdeel van een groter levenspad dat verbonden is met gezondheid, meditatie, rituelen en gemeenschapsleven. Westerse ethiek concentreert zich vaak meer op moraliteit in een specifieke context, zoals juridische of intermenselijke kwesties. Dharma werkt in harmonie met karma, waarbij acties en hun gevolgen niet alleen van invloed zijn op het huidige leven maar ook op toekomstige incarnaties. Dit lange termijn perspectief verschilt van de meer kortzichtige benaderingen in sommige ethische systemen. Het holistische, contextuele en spirituele karakter van dharma maakt het uniek en uitdagend.
Moksha is ook een kernbegrip in de Hindoestaanse spiritualiteit en filosofie. Het wordt gezien als het ultieme doel van het menselijk bestaan, namelijk de bevrijding uit de cyclus van wedergeboorte ( samsara ) en het bereiken van een staat van eeuwige vrijheid, rust en eenheid met het goddelijke. Moksha betekent letterlijk “bevrijding “of “verlossing “. Het gaat om het loslaten van de beperkingen van de materiële wereld, zoals verlangens, ego en karma ( de gevolgen van acties ). Het wordt gezien als de hoogste spirituele verwezenlijking waarin de ziel( atman ) samensmelt met de absolute realiteit ( Brahman ) of wordt bevrijd van aards lijden. Het bevrijdt de ziel van de eeuwige cyclus van geboorte, dood en wedergeboorte ( samsara ). Het bereiken van moksha vereist een combinatie van spirituele beoefening en diepgaande innerlijke transformatie. Hiervoor zijn verschillende benaderingen mogelijk, zoals Jnana Yoga ( pad van kennis ) : Zelfkennis en inzicht in de ware aard van de ziel en realiteit. Bhakti Yoga ( pad van toewijding ): Onvoorwaardelijke liefde en toewijding aan een goddelijke vorm. Karma Yoga ( pad van onbaatzuchtig handelen ): Handelen zonder gehechtheid aan de resultaten. Raja Yoga ( pad van meditatie ): Innerlijke discipline en meditatie om de geest te beheersen en de waarheid te ervaren. Moksha wordt vaak beschreven als een staat van volledige vrede, gelukzaligheid ( ananda ) en vrijheid. Het overstijgt fysieke en emotionele ervaringen en brengt een gevoel van diepgaande eenheid met het universum. In sommige Hindoestaanse tradities wordt Moksha gezien als een eenwording met het goddelijke ( Brahman ), terwijl in andere het de individuele ziel is die blijft bestaan in een eeuwige en harmonieuze staat. Moksha is een diep filosofisch en persoonlijk concept dat vaak reflectie en introspectie vereist.
Karma is eveneens een fundamenteel concept in de Hindoeïstische filosofie en verwijst naar de wet van oorzaak en gevolg. Dat wil zeggen dat elke handeling of die nu fysiek, verbaal of mentaal is, consequenties heeft. Het woord “Karma “ komt uit het Sanskriet en betekent letterlijk “actie” of “daad “. De kern van het begrip is dat elke actie een bijbehorende reactie teweegbrengt. Dit kan in je huidige leven merkbaar zijn, maar ook in toekomstige levens, aangezien karma nauw verbonden is met de cyclus van wedergeboorte ( samsara ). Karma kan worden verdeeld in drie categorieën: Sanchita Karma: Dit is het verzamelde karma van je vorige levens. Zoiets als een archief van al je daden, zowel de goede als de slechte. Prarabdha Karma: Dit is het deel van je karma dat je huidige leven beïnvloedt. Het omvat de ervaringen die je nu ondergaat. Agami Karma: Dit zijn de gevolgen van de acties die je in huidige leven doet en dit zal je toekomstige leven beïnvloeden.
Goede daden, zoals eerlijkheid, behulpzaamheid en compassie, leiden tot positief karma. Dit brengt positieve gevolgen in je leven. Terwijl negatieve daden, zoals onrecht, geweld en kwaadsprekerij, een negatief karma veroorzaken, wat tot ongewenste ervaringen kan leien. Een belangrijk element in het begrijpen van karma is dat de intentie achter een handeling ook een rol speelt. In de Bhagavad Gita wordt nishkama karma aangemoedigd, handelen zonder gehechtheid aan resultaten. Dit betekent dat je je plichten vervult zonder obsessief bezig te zijn met wat je er voor terugkrijgt. Karma erkent dat je verleden invloed heeft op je huidige omstandigheden, maar biedt ook ruimte voor de vrije wil. Door bewuste keuzes te maken, kun je nieuw karma creëren dat je toekomst positief beïnvloedt. Karma is niet alleen een ethisch of filosofisch concept, maar ook een middel voor spirituele groei. Het nodigt je uit om verantwoordelijkheid te nemen voor je daden en bewuster te leven. Karma benadrukt de verbinding tussen oorzaak en gevolg en moedigt mensen aan om hun leven met integriteit en bewustzijn te leiden.
Samsara is ook een kernbegrip in de Hindoestaanse filosofie, maar ook in het boeddhisme en jainisme. Het verwijst naar de eeuwige cyclus van geboorte, dood en wedergeboorte waarin levende wezens gevangen zitten. Het wordt beschouwd als een wereld van voortdurende verandering, lijden en onwetendheid. Samsara betekent letterlijk “doorgang “of “stroom “ en beschrijft de eindeloze herhaling van levensfasen: geboorte, dood en reïncarnatie. Het wordt vaak afgebeeld als een rad, wat symboliseert dat we vastzitten in een kringloop zonder begin of einde. Waarom raken we gevangen in samsara? Door Avidya ( onwetendheid ), doordat we de ware aard van de werkelijkheid niet kennen. Mensen identificeren zich ten onrechte met hun fysieke en emotionele zelf in plaats van hun eeuwige ziel (atman). Door de gevolgen van onze daden( goede of slechte ) bepalen de omstandigheden van onze volgende geboorte. Samsara blijft voortduren zolang we nieuwe karma blijven creëren door onze acties en verlangens. In de filosofie wordt samsara gezien als een wereld van lijden (Dukkha), het leven is inherent onvolmaakt en gevuld met uitdagingen en pijnen. Alles in samsara is tijdelijk, is vergankelijk, wat leidt tot een constant gevoel van onzekerheid en verlies. Het uiteindelijke doel in de Hindoestaanse filosofie is om aan samsara te ontsnappen door moksha te bereiken of spirituele bevrijding. Dit wordt weer mogelijk gemaakt door het eerder genoemde begrip zelfrealisatie (atman erkennen als één met Brahman ). Het oplossen van karma door onbaatzuchtig handelen en juiste intenties. Door het overwinnen van gehechtheid aan verlangens en het loslaten van onwetendheid. Samsara symboliseert meer dan alleen fysieke wedergeboorte, het verwijst ook naar mentale cycli van gehechtheid, verlangen en verdriet in het dagelijks leven. Bevrijding van samsara betekent niet alleen het beëindigen van fysieke reïncarnatie, maar ook het overstijgen van wereldse beperkingen en lijden. Samsara roept mensen op om na te denken over hun daden en het grotere spirituele doel in hun leven.
Ahimsa betekent letterlijk “niet-schaden “ of “geweldloosheid “en is een centraal ethisch principe in de Hindoestaanse filosofie, evenals in het boeddhisme en jainisme. Het is niet alleen een fysieke praktijk, maar ook een spiritueel en moreel ideaal dat diepe betekenis heeft in het dagelijks leven. Ahimsa verwijst naar het vermijden van schade, zowel in gedachten, woorden als in daden, tegen alle levende wezens. Het impliceert compassie, vriendelijkheid en respect voor het leven in al zijn veelzijdige vormen. In de Hindoestaanse traditie wordt Ahimsa niet alleen gezien als ethische verplichting, maar ook als een spirituele praktijk die helpt bij het bevorderen van harmonie en het reduceren van negatief karma. Het overstijgt fysieke geweldloosheid en omvat ook het vermijden van mentale en emotionele schade, zoals haatdragende gedachten of kwetsende woorden. Veel mensen volgen een vegetarische of veganistische levensstijl als uitdrukking van Ahimsa, omdat het doden van dieren wordt gezien als een schending van geweldloosheid. Het oefenen van geduld, tolerantie en vergevingsgezindheid valt ook onder Ahimsa. Dit kan betekenen dat men conflicten vreedzaam oplost. Ahimsa kan zich ook manifesteren in sociale activisme, zoals het bevorderen van vredesinitiatieven of het beschermen van milieurechten. Het begrip Ahimsa kreeg wereldwijde aandacht door de praktijk van Mahatma Gandhi, die het gebruikte als filosofische basis voor zijn geweldloze bewegingen tegen de koloniale overheersing in India. Zijn concept van Satyagraha (waarheidskracht ) is nauw verbonden met Ahimsa. Het naleven van Ahimsa kan ingewikkeld zijn, vooral in situaties waarin geweld moeilijk te vermijden lijkt. Er zijn uiteenlopende interpretaties van hoe strikt dit principe gevolgd moet worden. Sommige tradities beschouwen de intentie achter een handeling als belangrijker dan de handeling zelf. Hierbij wordt bedoeld dat de motivatie of intentie achter een handeling een belangrijkere factor is bij het bepalen van de ethische waarde dan de feitelijke handeling zelf. Als een persoon bijvoorbeeld een insect doodt terwijl hij probeert iets te redden, kan deze actie niet als schending van Ahimsa worden gezien, omdat de intentie mededogend en geweldloos was. In veel westerse ethische benaderingen is het naleven van de regel vaak strikter en belangrijker dan de intentie. Daartegenover staat dat in sommige oosterse tradities het morele bewustzijn en de innerlijke motivatie meer nadruk krijgen. Het idee achter dit principe is dat handelen vanuit een zuivere intentie niet alleen ethisch juist is, maar ook leidt tot spirituele groei. Het helpt om gehechtheid aan resultaten los te laten en karma te zuiveren.
Meditatie en Yoga zijn eveneens centrale praktijken in de Hindoestaanse filosofie en spiritualiteit, ontworpen om het lichaam, de geest en de ziel in harmonie te brengen. Meditatie( Dhyana ) is een diepe, bewuste praktijk die gericht is op innerlijke rust, zelfreflectie en spirituele verbinding. Het speelt een belangrijke rol in verschillende spirituele tradities van het hindoeïsme. Het doel naast het kalmeren van de geest, het loslaten van afleidingen, het bereiken van zelfbewustzijn en spirituele groei, is ook het verbinding zoeken met de hogere realiteit ( Brahman ). Er zijn heel veel verschillende meditatie technieken, zoals de Mantra-meditatie: Herhaling van heilige woorden of klanken zoals “Om “ om de geest te focussen. Mindfulness ( Sati ): Het volledig aanwezig zijn in het huidige moment zonder oordeel. Visualisatie: Het creëren van mentale beelden van goddelijke vormen of innerlijke lichtenergie. Meditatie versterkt concentratie en emotioneel evenwicht. Vermindert stress en verhoogt de algehele rust. Bevordert een dieper begrip van de eigen spirituele natuur. Yoga is niet alleen een fysieke oefening, het is een alomvattend pad voor zelfdiscipline, spirituele groei en eenwording met het universum. Het woord “yoga “ betekent letterlijk “vereniging”. De vier belangrijke paden van yoga zijn:
- Bhakti Yoga ( Pad van Toewijding ). Deze is gericht op liefde en toewijding aan de goddelijke vorm. Praktijken omvatten gebeden, zang en devotionele rituelen.
- Karma Yoga ( Pad van Onbaatzuchtige Handeling ). Het uitvoeren van acties zonder gehechtheid aan de resultaten. Het doel is om ego los te laten en altruïsme te cultiveren.
- Jnana Yoga ( Pad van Kennis ). Gericht op zelfrealisatie via studie van heilige geschriften en filosofie. Ook hier staat het inzicht centraal dat atman en Brahman één zijn.
- Raja Yoga ( Pad van Meditatie ). Omvat fysieke houdingen (asanas), ademhalingstechnieken ( pranayama ) en meditatie. Dit is wat vaak wordt geassocieerd met “yoga” in het Westen.
De klassieke beschrijving van yoga komt van de Yoga Sutra’s van Patanjali, waarin een achtvoudig pad wordt beschreven:
- Yama ( Ethiek, zoals geweldloosheid ). Het vertegenwoordigt ethische leefregels en richtlijnen voor hoe men zich op een morele manier kan gedragen, zowel ten opzichte van anderen als van zichzelf. Er zij vijf principes binnen Yama: Ahimsa(geweldloosheid),Satya( waarheid, eerlijkheid), Asteya( niet stelen), Brahmacharya (zelfbeheersing), Aparigraha(geen bezitsdrang).Yama kan worden gezien als de morele fundamenten van yoga, die niet alleen de spirituele beoefening ondersteunen maar ook bijdragen aan een respectvol en bewust leven.
- Niyama ( Zelfdiscipline, zoals zuiverheid ).Het gaat over persoonlijke discipline en innerlijke zuiverheid. Het focust zich op de ontwikkeling van je innerlijke zelf en je eigen levenshouding.
- Asana ( Lichamelijke houdingen ).Populaire houdingen zoals de Lotushouding(Padmasana) en Boomhouding(Vrikshasana) zijn voorbeelden van Asana's die niet alleen lichamelijke voordelen bieden, maar ook spirituele focus en concentratie ondersteunen.
- Pranayama ( Adembeheersing ). Het woord is samengesteld uit twee Sanskrietwoorden: prana, wat levensenergie of vitale kracht betekent en ayama, wat beheersing of uitbreiding betekent. Het gaat dus om het bewust reguleren van de ademhaling om zowel lichaam als geest in balans te brengen.
- Pratyahara ( Terugtrekking van de zintuigen ).Het beheersen van de zintuigen en het loslaten van gehechtheid aan externe objecten en indrukken. De geest wordt gemakkelijk afgeleid door de vijf zintuigen, die constant informatie verzamelen uit de buitenwereld. Door pratyahara te beoefenen, leer je om de zintuigen te beheersen en naar binnen te keren, zodat de geest niet afhankelijk is van externe stimuli. Je aandacht wordt dan gericht op je innerlijke wereld, zoals je ademhaling, hartslag of innerlijke stilte. Je leert om niet te reageren op zintuiglijke impulsen, maar ze te observeren zonder je eraan te hechten. In spirituele zin is pratyahara een krachtig hulpmiddel om de geest te zuiveren en klaar te maken voor de diepere stadia van meditatie en zelfrealisatie.
- Dharana ( Concentratie of Focus ). Het draait om het richten van de geest op één enkel object, geluid, idee of visualisatie, zonder afleiding. Het doel is om de geest stil te maken en alle gedachten die afleiden los te laten. Dit kan door je aandacht op je ademhaling, een mantra of een kaarsvlam te richten.
- Dhyana ( Meditatie of Contemplatie ).Het verwijst naar een diepe staat van concentratie en bewustzijn, waarin de geest stil en gefocust wordt, vrij van afleidingen.
- Samadhi ( Eénwording met het goddelijke ). Het is een staat van totale concentratie, waarin de geest volledig stil is en alle externe en interne afleidingen zijn verdwenen. Het wordt gezien als een staat van spirituele verlichting en eenheid met het universum, waarin het ego en de individuele identiteit volledig worden overstegen.
Hoewel meditatie en yoga vaak afzonderlijk worden beoefend, vullen ze elkaar aan. Yoga bereidt het lichaam en de geest voor op meditatie door fysieke en mentale balans te creëren. Meditatie helpt vervolgens om de diepere spirituele doelen van yoga te bereiken. Beide praktijken bieden niet alleen fysieke voordelen, zoals verbeterde flexibiliteit en ademhaling, maar zijn ook krachtige middelen voor spirituele en persoonlijke transformatie.
Darshana’s in het Hindoeïsme verwijzen naar de zes orthodoxe filosofische systemen die de basis vormen van de Hindoestaanse filosofie. Het woord Darshana betekent letterlijk “ visie ” of “inzichten” en elk van deze systemen biedt een unieke manier om het universum, het bestaan en het spirituele pad te begrijpen. Er zijn zes belangrijke Darshana’s:
- Nyaya: Gericht op logica en redenering. Dit systeem onderzoekt hoe kennis wordt verworven en benadrukt de rol van logica en argumentatie in het begrijpen van de waarheid.
- Vaisheshika: Richt zich op de analyse van de fysieke wereld. Het beschrijft het universum als opgebouwd uit atomen en streeft naar het begrijpen van de natuurlijke orde.
- Samkhya: Een dualistisch systeem dat de scheiding benadrukt tussen bewustzijn (Purusha) en materie (Prakriti). Deze dans van Purusha en Prakriti vormt de kern van Samkhya en leidt tot het ontstaan van de elementen, ook wel de pancha mahabhutas genoemd: aarde, water, vuur, lucht en ether (ruimte). De vijf elementen vormen de basis voor alles in de fysieke wereld. Ze komen voort uit de wisselwerking tussen bewustzijn en materie en worden ook in Ayurveda gezien als de bouwstenen van het lichaam en de natuur. Deze elementen zijn essentieel voor de dosha's (Vata, Pitta en Kapha), de krachten die volgens Ayurveda ons lichaam en onze geest reguleren. Het verklaart hoe deze twee samenwerken om de wereld en het leven te creëren, waarbij hun samenspel niet alleen de materiele wereld betreft, maar ook de innerlijke processen van de menselijke ervaring.*
- Yoga: Een praktisch systeem dat voortbouwt op Samkhya en methoden biedt voor zelfdiscipline, meditatie en spirituele bevrijding. De Yoga Sutra’s van Patanjali vormen de kern van deze filosofie.
- Purva Mimamsa: Gericht op het interpreteren en naleven van de Veda’s, met nadruk op rituelen en dharma (plicht). Het benadrukt de rol van acties in het bereiken van harmonie met kosmische wetten.
- Vedanta ( Uttara Mimamsa): Dit systeem onderzoekt de ultieme realiteit ( Brahman ) en de aard van het zelf ( Atman ). Er zijn verschillende stromingen binnen Vedanta, waaronder het al eerder genoemde Advaita ( non-dualisme ), die stelt dat Atman en Brahman één zijn. Deze verschillende Darshana’s bieden een uitgebreid raamwerk om zowel het materiële als spirituele aspect van het leven te begrijpen. Samen vormen ze een rijke filosofische traditie die blijft inspireren.
Gezien de doelstelling van deze beschouwing heb ik de hindoe goden bewust niet genoemd. Misschien dat deze beschouwing over de spirituele filosofie in de Hindoestaanse cultuur iets te lang is geworden en daardoor de leesbaarheid negatief wordt beïnvloed. Reacties van harte welkom!!
J.J.v.Verre.
Bronvermelding:
- Hindoeïstische filosofie, nl.m.wikipedia.org.
- Oorsprong, ontwikkeling en filosofie van het hindoisme, Nivedita Yohana, wijsheidsweb.nl
- Hindoe filosofie/ Stichting Shri Sanatan Dharma Sabha, shrirammandir.nl.
- Hindoeïsme: Oorsprong, Filosofie en Invloed op de Wereld. Geloof 29-10-2024. cw-opinie.nl.
- Darshana’s: filosofische geschriften van het hindoeïsme, hindoedharma.nl.
- Bhakti-yoga, nl.m.wikipedia.org.
- Wat is Bhakti yoga? Yoga-international.nu.
- Hindu Meditatie, fascinerend.nl.
- Betekenis van Indiase filosofie, wisdomlib.org.
- Samkhya filosofie: een reis naar zelfkennis en bewustzijn, ayurdaay.com.*