- De massa van mensen is slechts pion in het spel van het leven, geleid door de sterke wil van hen die weten. Het Al is Geest, het Universum is mentaal.
Voor hen die bereid zijn zich te herinneren.
De Kybalion, in 1908 gepubliceerd door drie anonieme auteurs die zich
“ De Drie Ingewijden ” noemden, is een mystiek filosofisch werk dat
de kernprincipes uiteenzet van wat bekend staat als de hermetische
filosofie. Deze filosofie gaat terug tot de mythische figuur van
Hermes Trismegistus, een samengestelde entiteit die elementen van de
Egyptische god Thoth en de Griekse god Hermes in zich draagt. In de
esoterische traditie wordt Hermes Trismegistus gezien als een
universele leraar die de sleutel van kosmische kennis aan de mensheid
heeft overgedragen.
In het voorwoord van
het boek wordt de naam van William Walker Atkinson genoemd, die
leefde van 1862-1932. Hij was een Amerikaans schrijver, jurist,
occultist en een belangrijk figuur binnen de beweging van het New
Thought denken. Hij schreef talloze boeken over mentale kracht, yoga,
esoterie en zelfontwikkeling. Door velen wordt aangenomen dat hij
zelf het brein was achter de Kybalion en dat de drie ingewijden een
literaire constructie was om het boek een aura van mysterie en
autoriteit te geven. Centraal in de
Kybalion staan de Zeven Hermetische Principes. Deze principes vormen
volgens het boek de fundamenten van de gehele schepping en het bestaan.
1e Het
principe van Mentalisme, het eerste en fundamentele
principe in Het Kybalion luidt: “Alles is geest, het Universum is
mentaal.” Dit principe stelt dat alles wat bestaat zijn oorsprong
heeft in een universeel bewustzijn of geest. Het universum zelf is
geen objectieve, fysieke realiteit zoals het materialisme beweert,
maar een mentale projectie, een manifestatie van een kosmische Geest.
De filosofische en metafysische betekenis kan worden gerubriceerd als
onderdeel van de idealistische metafysica. Dit idee sluit aan bij het
idealisme in de filosofie, vooral zoals geformuleerd door Plato. De
zichtbare wereld is slechts een schaduw van een hogere wereld van
ideeën of vormen; eeuwige, immateriële structuren die alleen met
het verstand gekend kunnen worden. Of geformuleerd door George
Berkeley: “esse est percipi “, zijn is waargenomen worden. Voor
hem bestond de wereld alleen in de geest van God en de geesten van
waarnemers. Met waarnemers bedoelt hij geesten of bewuste entiteiten, wezens die kunnen waarnemen, denken en bewust zijn. Of de woorden van Hegel: de werkelijkheid is een
uitdrukking van de absolute Geest (Geist) die zich door de
geschiedenis heen ontwikkelt en zelfbewust wordt. Het Kybalion staat
in deze lijn: de werkelijkheid is niet materieel, maar geestelijk van
aard en alle ervaring vindt plaats in en door bewustzijn. Het
principe stelt dat gedachten niet slechts innerlijke processen zijn,
maar krachten die de werkelijkheid mede vormgeven. Dit is verwant aan
het idee van de logos in de Stoïcijnse en christelijke filosofie;
een goddelijke rede die alles doordringt en ordent. In het hermetisch
denken betekent dit: door je geest te trainen, kun je de
werkelijkheid veranderen. Denken is niet passief, maar creatief. Het
impliceert ook dat er geen scheiding is tussen de innerlijke wereld
van de mens en de buitenwereld van gebeurtenissen. Wat in de geest
ontstaat, kan zich manifesteren in de ervaring. Als alles geest is,
dan zijn kennis en werkelijkheid direct met elkaar verbonden. Er is
geen absolute scheiding tussen subject (waarnemer) en object (het
waargenomene). Dit is ook wat Krishnamurti bedoelt als hij bij
herhaling zegt: De waarnemer is het waargenomene. De ziener is het
geziene en de degene die ervaart is de ervaring. Dit principe
ondermijnt het cartesiaanse dualisme tussen lichaam en geest:
lichaam, materie en tijd zijn niet zelfstandig bestaand, maar
secundaire verschijnselen binnen de Geest. Ook worden intuïtie en
contemplatie als belangrijke vormen van kennen, naast of zelfs boven
redenering gezien. In de hermetische traditie geldt: je geest vormt
je ervaring. Daarom is innerlijke discipline (zoals meditatie,
visualisatie of intentie) een vorm van spirituele kracht. Morele
verantwoordelijkheid wordt dieper: je bent niet alleen
verantwoordelijk voor wat je doet, maar ook voor hoe je denkt. Deze
visie sluit aan bij de oosterse filosofie zoals het boeddhisme en
hindoeïsme, waar bewustzijn als de bron van alle lijden én
bevrijding wordt gezien. Het principe van Mentalisme stelt dat er een
Universele Geest is, vaak aangeduid als Het Al in het Kybalion. Alles
wat bestaat is een gedachte of manifestatie binnen dit Al. De mens
als microkosmos bevat een vonkje van deze universele Geest.
Spirituele ontwikkeling betekent: je bewust worden van je ware aard
als deel van dit kosmisch bewustzijn. Zoals in het boek staat
beschreven: ”Hij die dit principe begrijpt, is ver gevorderd op het
pad van Meesterschap.” Samenvattend stelt het principe van
Mentalisme dat de ultieme aard van de werkelijkheid bewustzijn is,
niet materie. De mens is geen toevallig biologisch wezen, maar een
bewust, scheppend middelpunt in een geestelijk universum. Filosofisch
gezien is dit een radicaal niet dualistisch wereldbeeld, waarin
denken en zijn, geest en wereld, één zijn.
2e Het
principe van Overeenkomst, ook wel het principe van
Correspondentie genoemd, is het tweede hermetische principe en luidt:
“Zo boven, zo beneden; zo beneden, zo boven.” Dit principe stelt
dat er een structurele overeenkomst bestaat tussen de verschillende
niveaus van werkelijkheid: het geestelijke en het materiële, het
kosmische en het menselijke, het uiterlijke en het innerlijke. De
wetmatigheden van het ene niveau weerspiegelen zich op het andere. In
de antieke en middeleeuwse filosofie werd kennis vaak gezocht via
analogie. Een analogie is een vergelijking waarbij men stelt at als twee dingen in bepaalde opzichten op elkaar lijken, ze mogelijk ook in andere opzichten overeenkomen. De mens werd gezien als microkosmos, een weerspiegeling van
het universum (macrokosmos). Zoals het hart het lichaam bezielt, zo
bezielt God of Geest het universum. Deze gedachte is terug te vinden
bij Plato en later bij de neoplatonisten als Plotinus. Voor hen is
het mogelijk om via zelfkennis inzicht te verkrijgen in het
goddelijke, omdat de structuren van het Zelf en het Al parallel
lopen. In hermetisch denken is de werkelijkheid niet letterlijk, maar
symbolisch van aard. Alles heeft meerdere lagen van betekenis. Wat
zich op fysiek niveau manifesteert, verwijst naar hogere principes.
Bijvoorbeeld: Dag en nacht zijn niet alleen astronomische
verschijnselen, maar ook beelden voor inzicht en onwetendheid. De
vier elementen (vuur, lucht, water en aarde) staan ook voor innerlijke
kwaliteiten of bewustzijnsniveaus. Zo wordt de wereld een levend
boek, een spiegel waarin hogere waarheden zichtbaar worden voor wie
leert kijken met het “ innerlijk oog “. Ook de kenleer of
epistemologie moet worden genoemd. Dit principe impliceert dat ware
kennis niet alleen komt door empirisch onderzoek, maar ook door het
doorzien van patronen en analogieën. Kennis is niet enkel een opbouw
van feiten, maar herkenning van innerlijke samenhang. De geest leest
de wereld als symbool, zoals een dichter een gedicht leest, niet
alleen wat er staat, maar wat het betekent en hoe het voelt. Dit
staat haaks op modern positivisme, dat vooral zoekt naar causale
verklaringen, niet naar betekenissystemen. In de psyche betekent dit:
De buitenwereld weerspiegelt de innerlijke wereld. Je levenservaring
verandert wanneer je bewustzijn verandert. Innerlijke harmonie leidt
tot uiterlijke harmonie of zoals Jung het stelde: “Wanneer de
innerlijke mens zich niet ontwikkelt, doet de buitenwereld dat voor
hem, als noodlot.” Deze opvatting versterkt de hermetische nadruk
op innerlijk werk als sleutel tot transformatie.
Als het lagere het
hogere weerspiegelt, dan is elk menselijk handelen een weerspiegeling
van universele principes. Ethiek wordt dan niet gebaseerd op regels
van buitenaf, maar op afstemming op de kosmische orde. De spirituele
weg wordt een proces van resonantie: hoe bewuster je leeft, des te
meer stem je af op hogere ordening, de logos, het goddelijke plan. De
alchemistische spreuk “Solve et Coagula “(ontbind en verbind)
komt hier ook terug: door het innerlijk te zuiveren, breng je een
hogere harmonie in het uiterlijke. Samenvattend leert het principe
van overeenkomst dat de werkelijkheid holistisch is opgebouwd: wat
zich op het ene niveau voltrekt, weerspiegelt zich op een andere
niveaus. Filosofisch is dit een visie van structuurgelijkheid en
betekenisvolle samenhang tussen geest en stof, mens en kosmos, boven
en beneden. Het is een uitnodiging tot een symbolisch en spiritueel
lezen van de wereld en tot zelfkennis als weg tot universele
wijsheid.
3e Het
principe van trilling of vibratie is het derde van de zeven
hermetische principes en luidt: “Niets is in rust; alles beweegt;
alles vibreert.” Dit principe stelt dat alles in het universum, van
geest tot materie, voortdurend in beweging is, in een staat van
trilling. Niets is volledig stil of onveranderlijk. Zelfs
ogenschijnlijke stilstand is slechts een illusie van langzame of
subtiele beweging. Het principe van trilling sluit nauw aan bij de
filosofie van Heraclitus (6e eeuw v. Chr.), die stelde:
“Panta Rhei “ alles stroomt. Volgens hem is niets statisch, alles
bevindt zich in een voortdurende staat van verandering. Er is geen
“zijn” zonder “worden”. In het hermetisch denken is deze
voortdurende beweging niet chaos, maar wetmatige vibratie, die alles
bezielt en verbindt. Zelfs het “stilste” object, een steen, een
gedachte, een ziel heeft zijn eigen trillingsfrequentie. Er bestaat
een duidelijke hiërarchie van vibraties. Materie trilt langzaam, is
grof, zichtbaar en tastbaar. Energie trilt sneller, zoals licht,
geluid en warmte. Geest en bewustzijn trillen op de hoogste niveaus:
fijn, subtiel en onzichtbaar. Zo wordt bewustzijn als een hogere graad
van vibratie begrepen dan fysieke realiteit. Dit verbindt het met het
principe van Mentalisme: hoe hoger de trilling, hoe dichter bij de
oorspronkelijke Geest (Het Al). Hoewel het Kybalion stamt uit de
vroege 20e eeuw, is het principe verrassend parallel aan
de moderne fysica. In de kwantumfysica blijkt dat subatomaire
deeltjes zich gedragen als energiegolven, ze trillen, bewegen en
bestaan in waarschijnlijkheden. Muziek, licht en kleur zijn allemaal
manifestaties van verschillende frequenties. Zelfs emoties en
hersengolven worden in frequenties uitgedrukt. Hoewel de hermetische
leer niet als zijnde wetenschappelijk bedoeld is, werkt ze met een
soort intuïtieve fysica van de geest, waarin alles energetisch en in
beweging is. Elke gedachte, emotie of intentie heeft zijn eigen
trillingsniveau. Angst, woede en jaloezie trillen laag, ze
verkrampen, vernauwen. Terwijl liefde, vreugde en mededogen hoog
trillen, ze verruimen, openen. Volgens deze visie beïnvloeden onze
innerlijke trillingen zowel onze ervaring van de wereld als de wereld
zelf. Innerlijke afstemming is dus een belangrijk middel voor
spirituele groei. Vele mystieke en esoterische tradities gebruiken
trilling voor heling en transformatie. Mantra’s, klankschalen,
muziek en ademhaling, al deze methoden werken via frequentie om het
lichaam en bewustzijn te harmoniseren. Als alles vibreert,
dan is resonantie belangrijk. Wat je uitzendt, trek je aan. Door je
trilling te verhogen, via zuiver denken en handelen, stem je jezelf
af op hogere werkelijkheden. Moreel gezien betekent dit dat elke
daad, hoe klein ook, een vibrerende invloed heeft. Het goede doen is
dus niet alleen een plicht, maar een manier om bewust harmonische
vibraties in het bestaansveld te brengen. Samenvattend leert het
principe van trilling dat de werkelijkheid fundamenteel dynamisch,
energetisch en levend is. Wat lijkt op vorm en vastheid, is in wezen
beweging. Spiritueel houdt dit in dat wij als mensen kunnen leren
onze eigen frequentie te herkennen, te zuiveren en af te stemmen op
hogere niveaus van bewustzijn. Het is een kosmisch principe van
verfijning, resonantie en bewust scheppen.
4e Het
principe van Polariteit is het vierde hermetische principe en
luidt: “Alles is dubbel; alles heeft twee polen; alles heeft zijn
paar van tegenstellingen. Gelijk en ongelijk zijn hetzelfde;
tegenstellingen zijn identiek in aard, maar verschillen in graad”.
Dit principe stelt dat alles in het universum bestaat uit paren van
ogenschijnlijke tegenstellingen, maar dat deze tegenpolen in wezen
slechts graduele variaties van hetzelfde zijn. Er is geen absoluut
onderscheid tussen bijvoorbeeld warm en koud, licht en donker, liefde
en haat, alleen een verschil in graad, niet in essentie. Je zou
kunnen zeggen het gaat om kwantitatief in plaats van een kwalitatief
verschil. Het principe benadrukt dat tegenstellingen niet op
zichzelf bestaan, maar elkaars complement zijn. Licht en donker zijn
graden van helderheid ( nu zouden we spreken van fotonen dichtheid).
Goed en kwaad zijn graden van moreel bewustzijn. Ze bestaan niet
zonder elkaar en zijn dus in essentie één kracht, met twee
uitersten. Deze opvatting sluit aan bij de dialectiek van Heraclitus
en later van Hegel: “Tegengestelden zijn noodzakelijk voor het
ontstaan van verandering”. Bij Hegel leidt de botsing tussen these
en antithese tot synthese, een hogere eenheid. In het hermetisme is
de synthese echter niet alleen logisch, maar spiritueel: het
transcenderen van tegenstellingen is een weg naar eenheid. Het
taoïsme bevat een bijna identieke intuïtie in het Yin-Yang symbool:
Yin en Yang zijn tegenpolen, maar vormen samen een dynamische
eenheid. Elk bevat het zaad van de ander. Harmonie is niet het
elimineren van een pool, maar het evenwicht ertussen. De hermetische
polariteit werkt op dezelfde manier: niet het vermijden van het
negatieve, maar het transmuteren ervan door innerlijk bewustzijn. De
kracht van dit principe ligt in het vermogen tot mentale
transmutatie. Je kunt je gemoedstoestand veranderen door je trilling
te verschuiven langs de polariteit. Haat kan getransformeerd worden
in liefde, omdat ze twee graden zijn van hetzelfde gevoel:
verbondenheid. Angst kan worden omgepoold naar moed, door bewust te
kiezen voor een hogere frequentie van hetzelfde spectrum. Dit komt
ook overeen met inzichten uit de dieptepsychologie van Jung: Schaduw
en licht zijn beide aspecten van de psyche. Individuatie vraagt om
het erkennen én integreren van beide polen in plaats van het
onderdrukken van één ervan. Spiritueel nodigt dit principe uit tot
bewuste balans en transcendentie: De wijze probeert niet zijn
“negatieve” gevoelens uit te roeien, maar begrijpt ze als
vervormde of onbewuste vormen van iets hogers. Goed en kwaad zijn dan
niet absoluut gescheiden, maar wijzen op graden van afstemming op de
Geest. In plaats van dualistisch denken ( dat is goed, dat is slecht)
moedigt de hermetische filosofie aan tot holistisch inzicht: het
leven is een spectrum, geen strijdveld. In de alchemie is het proces
van ontbinden en verbinden, solve et coagula, ook een beweging tussen
polen: vuur en water, zon en maan, zwavel en kwik zijn
tegenstellingen die in balans worden gebracht in het philosophicum,
de steen der wijzen. Spirituele transformatie vindt plaats door het
verzoenen van polariteiten binnen het zelf. Samenvattend onthult het
principe van polariteit dat wat wij als tegenstellingen ervaren, in
wezen één zijn en slechts verschillend in graad. Filosofisch
betekent dit het overstijgen van simplistische dualiteit.
Psychologisch biedt het een krachtig model voor innerlijke
transformatie. Spiritueel wijst het de weg naar eenheidsbewustzijn:
het inzicht dat het Ene zich uitdrukt in tweeën en dat wijsheid
ontstaat door het omarmen van het hele spectrum.
5e Het
Principe van Ritme is het vijfde hermetische principe en luidt:
Alles stroomt, in en uit; alles heeft zijn tijd van komen en gaan;
alles stijgt en daalt; de maat van de slinger naar links is de maat
van de slinger naar rechts; ritme compenseert. Dit principe
beschrijft het cyclische karakter van alle verschijnselen in het
universum. Alles beweegt volgens een ritmische wetmatigheid, zoals eb
en vloed, in- en uitademing, geboorte en dood, succes en verval,
vreugde en verdriet. De beweging is onvermijdelijk, maar ook
beheersbaar, voor wie zich er bewust van wordt. Volgens de
hermetische filosofie is het universum geen statisch geheel, maar een
levend proces van pulserende beweging: Alles komt voort uit het Ene
(Geest), differentieert zich en keert er weer naar terug, in
eindeloze ritmische cycli. Deze opvatting is nauw verwant aan de
natuurfilosofie van de antieken, waarin de kosmos wordt opgevat als
een organische, ademende orde. De cyclische tijd in het hindoeïsme
en boeddhisme. De spiraalbeweging van de geschiedenis bij Hegel:
niets herhaalt zich exact, maar ritmes keren terug op een hoger
niveau. Op individueel niveau herkennen we dit principe in onze
stemmingen, energie, inspiratie en ook motivatie. Dagen van
helderheid wisselen met momenten van verwarring. Geluk is nimmer
permanent, net zomin als verdriet dat is. Wie zich van deze ritmische
wet bewust wordt, identificeert zich minder met tijdelijke extremen.
Je leert dan om innerlijk standvastig te blijven terwijl de slinger
beweegt. Volgens het Kybalion kan een geoefende geest de “zwaai van
de slinger” neutraliseren door zich op hogere geestelijke niveaus
te verankeren. Dit wordt neutralisatie van ritme genoemd. Het is een
vorm van meesterschap waarbij men leert om niet meegesleurd te worden
met stemmingswisselingen. Emotionele terugvallen te herkennen als een
natuurlijke tegenbeweging op groei. Je aandacht te richten op het
centrum, eerder dan op de uiterste bewegingen. Het principe van ritme
leert nederigheid bij succes en vertrouwen in tegenslag. Het spoort
aan tot levenskunst in harmonie met de natuur: meebewegen, maar niet
jezelf verliezen. Spiritueel kun je het zien als het ritme van inkeer
en uitdrukking: perioden van stilte en mystiek afstemmen, gevolgd
door actief handelen in de wereld. Overal in de natuur en de kosmos
zien we dit principe weerspiegeld: de maanfasen, seizoenen, dag en
nacht. Ook biologische ritmen zoals hartslag, ademhaling en
hersengolven. Ook mondiaal gezien het opkomen en verdwijnen van
beschavingen, ideeën en tijdperken. De hermetische denker leert om
te denken: Wat opkomt, zal neerdalen. Wat verdwijnt, zal opnieuw
verschijnen in nieuwe vorm. Samenvattend beschrijft het principe van
ritme de onvermijdelijke slingerbeweging die aanwezig is, zowel op
kosmisch, psychologisch, moreel en spiritueel vlak. Inzicht in dit
ritme helpt je om met meer wijsheid, evenwicht en souplesse door het
leven te bewegen. Het leert je dat tijdelijkheid geen zwakte is, maar
een uitdrukking van een grotere harmonie en dat meesterschap betekent
dat je in het centrum moet blijven terwijl de slinger zwaait.
6e Het
principe van oorzaak en gevolg is het zesde hermetische principe
en luidt: “Elke oorzaak heeft haar gevolg; elk gevolg heeft zijn
oorzaak; alles gebeurt volgens de wet; toeval is slechts een naam
voor een onbekende wet; er zijn vele niveaus van oorzaak, maar niets
ontsnapt aan die Wet”. Dit principe stelt dat alles in het
universum onderworpen is aan wetmatigheid. Niets gebeurt willekeurig
of zonder reden. Wat wij toeval noemen, is slecht een effect waarvan
de oorzaak ons nog niet bekend is. Elk verschijnsel, elke handeling,
elk gevolg komt voort uit een andere oorzaak en is zelf weer een
oorzaak voor iets anders. Hermetisch denken is niet dualistisch, maar
ziet het universum als één levend systeem waarin alle niveaus met
elkaar zijn verbonden door wetmatigheid. Die wet heet hier de Wet van
Oorzaak en Gevolg. Deze visie sluit aan bij de causaliteitsleer van
Aristoteles, waarin elke verandering een oorzaak vereist. Ook bij de
Stoïcijnse logica, waarin het universum één rationele orde is
(Logos) waarin niets zinloos of toevallig gebeurt. Ook in de
boeddhistische karmaleer, waarin alles wat men ervaart (in dit leven
of een ander) een gevolg is van vroegere handelingen, gedachten en
intenties. In al deze systemen is vrijheid niet de afwezigheid van
oorzaak, maar bewustwording van de oorzaak-kracht in jezelf. Volgens
het Kybalion zijn de meeste mensen “slachtoffers” van oorzaak en
gevolg. Ze reageren automatisch op externe gebeurtenissen,
omstandigheden, impulsen of gewoonten. Ze worden bewogen in plaats
van zelf bewegend te zijn. De ware meester leert om niet te reageren,
maar om te anticiperen en te initiëren. Om bewuste oorzaken te
herleiden om gewenste gevolgen te creëren. Om niet onderworpen te
zijn aan lagere wetmatigheden, maar zich te verheffen tot hogere. “De
wijzen dienen de wet, zij overtreden haar niet “, dat wil zeggen:
zij werken mét de wet, vanuit inzicht, niet tegen haar in
onwetendheid. Op mentaal en emotioneel vlak betekent dit dat elke
gedachte welke je herhaaldelijk denkt, een gemoedstoestand
veroorzaakt. Elke overtuiging leidt tot een patroon van gedrag. Wat
je vandaag ervaart is het gevolg van wat je eerder hebt gevoed in
bewustzijn en het zaad van wat nog komen gaat. Daarom is innerlijk
werk geen abstract ideaal, maar een causaal instrument: wie zijn
binnenwereld bewust vormt, beïnvloedt zijn buitenwereld. In het
hermetisme heeft dit principe ook een magische implicatie: Wie zich
afstemt op hogere oorzaken, zoals universele liefde, waarheid of wil,
kan de lagere oorzaken transformeren. Dit kan gebeuren door gebed,
intentie, visualisatie en affirmatie (versterkende gedachte, wat je
graag wil zijn). Dit zijn manieren om op subtiel niveau oorzaken te
zaaien die op termijn werkelijkheid worden. De mens wordt zo een mede
creator en geen speelbal van het lot. Het hermetisch principe lijkt
op het concept van karma, doch met een belangrijk verschil in accent:
Karma wordt gezien als een passieve terugslag ( oorzaak naar gevolg),
het hermetisme benadrukt dat je via bewustzijn boven bepaalde causale
ketens kunt uitstijgen. Bijvoorbeeld: Een instinctieve impuls kan
leiden tot lijden als gevolg van onbewuste oorzaak. Maar via
reflectie, discipline en inzicht kun je een andere keuze maken en zo
een nieuwe keten van oorzaken in gang zetten. Zo ontstaat vrijheid
niet door de wet te negeren, maar door haar te kennen en te hanteren.
Samenvattend stelt het principe van Oorzaak en Gevolg dat het
universum een samenhangend wetmatig systeem is waarin niets toevallig
gebeurt. Alles komt voort uit eerdere oorzaken en alles wat we doen
of denken zet gevolgen in beweging. Spiritueel gezien is dit principe
een uitnodiging tot innerlijke verantwoordelijkheid en bewust
creëren. Want wie de wet kent en toepast, wordt niet langer
geregeerd door omstandigheden, maar wordt zelf een bewuste oorzaak
van verandering.
7e Het
principe van Geslacht (Gender) is het zevende hermetische
principe en is een van de meest gelaagde en symbolisch rijkste van de
zeven hermetische principes. De kern van dit principe is: “Geslacht
is in alles; alles heeft mannelijke en vrouwelijke principes;
geslacht openbaart zich op alle niveaus. Het gaat hier niet primair
om biologische geslacht of sociale genderrollen, maar om kosmische
krachten of archetypen die in alles werkzaam zijn. Het mannelijke
staat symbool voor actie, scheppingskracht, gerichtheid, bewustzijn,
zaaiing en idee. Het vrouwelijke staat symbool voor ontvankelijkheid,
vorming, beleving, groei, koestering en manifestatie. Samen vormen
deze twee principes een creatieve polariteit, een dynamische spanning
waarin alle leven ontstaat en zich ontvouwt. Deze polariteit is
overal aanwezig, van atomen tot relaties, van gedachten tot
sterrenstelsels. In Plato’s denken vinden we een vergelijkbare
dynamiek: de Idee (logos, mannelijk) vormt zich pas wanneer zij
belichaamd wordt in de materiële wereld (hulè, vrouwelijk). De ziel
zelf is de schakel tussen deze twee sferen, verlangend naar het
hogere en toch verbonden met het lagere. Het taoïsme biedt misschien
wel de zuiverste parallel: Yang is het mannelijke principe, van
hemel, dag, beweging en actie. Yin is het vrouwelijke, van aarde,
nacht, rust en ontvankelijkheid. Hun voortdurende dans creëert de
Tao, de weg van het leven. In tegenstelling tot Westerse dualistische
ideeën zijn yin en yang niet in strijd, maar complementair, elk
bevat het zaad van de andere. Carl Gustav Jung beschrijft in elk
individu een innerlijke tegenpool: de animus (mannelijk archetype in
de vrouw) en de anima (vrouwelijk archetype in de man). Ware
individuatie ontstaat wanneer deze aspecten in evenwicht zijn. Een
idee dat Jung deels baseerde op alchemistische en hermetische
bronnen. Voor jezelf betekent dit principe dat persoonlijke groei pas
volledig wordt wanneer je beide aspecten cultiveert. Kracht én
overgave, analyse én intuïtie, daadkracht én ontvankelijkheid. In
relaties wijst het op het belang van interne balans boven uiterlijke
projectie: een gezonde relatie ontstaat niet door afhankelijkheid van
de ander, maar door innerlijke polariteit in harmonie. In ethisch
opzicht nodigt het principe uit tot het overstijgen van
zwart-witdenken, door het omarmen van schijnbare tegenstellingen als
bronnen van creatie. In de hermetische filosofie is ware schepping
altijd het resultaat van de vereniging van het mannelijke en
vrouwelijke principe binnen de mens zelf. Dit wordt soms aangeduid
als de “heilige bruiloft” (hieros gamos), een mystiek huwelijk
in de ziel waarin polariteiten versmelten en innerlijke eenheid
ontstaat. Vergelijkbaar hiermee is in de alchemie het proces van
coniunctio oppositorum, het samenvallen van de tegendelen, hier
vertaald als de vereniging van tegenstellingen, het moment waarop de
alchemist niet alleen goud zoekt in de materie, maar in zichzelf.
Samenvattend is het principe van geslacht geen dogma over gender,
maar een universele wet van creatie, balans en transformatie. Het
nodigt uit tot een filosofie die niet streeft naar dominantie van het
ene over het andere, maar naar integratie van schijnbare
tegenstellingen als weg naar wijsheid en heelheid.
Hoewel het boek
beweert gebaseerd te zijn op oude hermetische wijsheid, is het sterk
beïnvloed door moderne esoterie, zoals het New Thought gedachtegoed
en het occultisme van de 19e en vroeg 20e eeuw.
Het heeft op zijn beurt weer een grote invloed gehad op latere
spirituele bewegingen, zoals de New Age en bewegingen omtrent
zelfhulp en bewustzijnsontwikkeling. Boeken als The Secret (Rhonda
Byrne) en andere werken over positief denken en persoonlijke kracht
bevatten indirect elementen van het hermetisch denken van de
Kybalion.
J.J.v.Verre.
Wet van het Al
in de stilte voorbij
het denken
waar geen vorm durft
te zijn
fluistert een stem
van weten
diep verscholen in
mijn brein
het is geest zo
klinkt het woord
geen ster noch
planeet die stoort
geen gedachte,
trilling of droom
geboren in de
spuwende stroom
zo boven, zo beneden
spiegelspel
de oceaan
reflecterend in één cel
het heelal dat
liefdevol bemint
streelt als de adem
van de wind
geen rust, slechts
dans en lied
waar alles trilt,
geen stilstand ziet
in dat eeuwige
ritme, wet na wet
waar een ziel haar
koers verzet
twee handen als een
kracht
dag en nacht, liefde
en macht
wie het midden weet
te zien
ontwaakt voorbij
karma misschien
de slinger wiegt,
tijd beweegt
wet van ritme die
niets vergeeft
maar wie omhoog
klimt is vrij
danst boven het
cyclisch getij
gender in al wat
leeft en stroomt
brenger van dat wat
nooit droomt
Shakti en Shiva, in
liefde verweven
scheppen het wiel
van eeuwig leven
zo staat de wijze,
stil en zacht
zonder zwaard, met
licht en kracht
hij kent de wetten,
buigt ze niet
maar zingt vrij het
innerlijk lied
o, Kybalion, sluier
van het Al
steek met je oer
verhaal van wal
geen dogma, maar een
sleutel klein
die opent wat ik
zelf moest zijn
J.J.v.Verre.
Bronvermelding:
- De Kybalion, hermetische filosofie. Nederlandse editie. ISBN 9798394334306.