- Reliëf afbeelding van het goddelijke wezen Vishnu, Norton Simon Museum, Pasadena
Met deze beschouwing wil ik de spirituele filosofie in de
Hindoestaanse cultuur bespreken en de verschillen schetsen in
vergelijking met de spirituele en filosofische opvattingen in de
westerse cultuur, qua begrip, ethiek en betekenis.
De spirituele
filosofie in de Hindoestaanse cultuur is rijk en divers, geworteld in
een traditie die al duizenden jaren bestaat. Als we denken aan de
Veda’s dateren die al van 1500 jaar voor Christus. Wat betreft een
zekere datering blijft dit altijd moeilijk, omdat deze geschriften
oorspronkelijk mondeling werden overgeleverd voordat ze op schrift
werden gesteld. De Hindoestaanse cultuur omvat een breed scala aan
overtuigingen, praktijken en geschriften die diep verbonden zijn met
religie, spiritualiteit en de zoektocht naar zingeving.
De belangrijkste
concepten, die het fundament vormen van de Hindoestaanse spirituele
filosofie zijn: Brahman, Atman, Dharma, Moksha, Karma, Samsara,
Ahimsa, Meditatie en Yoga.
Brahman is
een van de meest centrale pijlers in de Hindoestaanse filosofie. Het
wordt beschouwd als de ultieme, onpersoonlijke realiteit en de bron
van alles wat bestaat. Het is moeilijk om Brahman volledig te
beschrijven, omdat het boven menselijke begrippen en taal uitstijgt.
Er zijn wel enkele kernideeën welke helpen om de bron van het
ultieme, onbegrensde alles, Brahman beter te begrijpen. Brahman wordt
gezien als oneindig en zonder fysieke vorm. Het is overal aanwezig en
overstijgt tijd, ruimte en materie. Brahman is de hoogste waarheid en
realiteit. Het is de bron van alle energie en materie in het
universum en de kern van al het bestaan. Brahman staat voor de
eenheid achter de schijnbare diversiteit van de wereld. Alles wat we
zien en ervaren, is een manifestatie van Brahman. In de Hindoestaanse
filosofie wordt gezegd dat de Atman (individuele ziel) hetzelfde is
als Brahman. Het besef van deze eenheid wordt beschouwd als een van
de hoogste vormen van spirituele verlichting. Brahman wordt vaak in
contrast gebracht met de concepten van Maya (illusie ) en Samsara
(cyclus van geboorte en dood ), omdat het begrijpen van Brahman
betekent dat men deze illusie overstijgt.
Atman is een
centraal concept in de Hindoestaanse spirituele filosofie en verwijst
naar de individuele ziel of het ware zelf van een persoon. Atman
wordt gezien als de kern van iemands wezen, voorbij fysieke,
emotionele en mentale aspecten. Het is het zuivere, onveranderlijke
zelf dat bestaat buiten tijd en ruimte. In de filosofie van Advaita
Vedanta wordt Atman vaak beshouwd als één met Brahman, één met
het universele, onpersoonlijke absolute. Atman wordt gezien als
onsterfelijk en voorbij de cyclus van geboorte en dood (samsara). Het
doel van spirituele beoefening in het hindoeïsme is het realiseren
van de eenheid tussen Atman en Brahman. Dit proces, bekend als
moksha, bevrijdt een individu van illusies en bindingskracht van de
materiële wereld. Atman wordt beschouwd als volledig los van de
fysieke wereld, inclusief het lichaam en de zintuigen. De materiële
wereld, met al haar veranderingen, wordt als vergankelijk en illusoir
(maya) beschouwd, terwijl atman eeuwig en onveranderlijk is. Deze
scheiding benadrukt dat ware kennis niet gaat over uiterlijke
materie, maar over innerlijke realisatie. Het doel van spirituele
oefening is om te beseffen dat je atman bent en niet je tijdelijke
lichaam of ego. Deze staat van bewustzijn, waarbij men zichzelf als
atman herkent, is een directe ervaring van waarheid en verlichting.
Onwetendheid (avidya ) is wat ons verhindert atman te zien, maar dit
wordt overwonnen door kennis (jnana ), meditatie en spirituele
oefening. Door te leven met het bewustzijn van je atman, kun je
transcenderen boven dagelijkse zorgen, angsten, verlangens en
gehechtheid. Het helpt om een staat van innerlijke vrede en
onverstoorbaarheid te bereiken. Het idee benadrukt ook universele
eenheid, want als iedereen atman is, betekent dit dat er geen
scheiding is tussen individuen op een diep spiritueel niveau.
Samenvattend zou je kunnen zeggen dat atman een concept is dat ons
uitnodigt om voorbij de oppervlakkige lagen van ons bestaan te kijken
en ons ware, tijdloze zelf te ontdekken en te ervaren.
Dharma is een
kernbegrip in de Hindoestaanse filosofie en kan het beste worden
omschreven als een complexe en veelzijdige leidraad voor het leven.
Het kent geen exacte vertaling, maar wordt vaak beschreven als
“plicht”, “levenspad “ of “harmonie met de kosmische orde
“. Dharma vertegenwoordigt de kosmische wet en orde die het hele
universum en het leven regeert. Tegelijkertijd heeft het een
persoonlijke dimensie, want elk individu heeft een unieke dharma
gebaseerd op zijn of haar rol in het leven, zoals
familieverantwoordelijkheden, sociale posities of professionele
verplichtingen. Het begrip is flexibel en kan variëren afhankelijk
van omstandigheden. Wat juist is voor een president, is niet altijd
hetzelfde voor een student of een huisvader. Dharma nodigt mensen uit
om bewust te handelen in harmonie met hun specifieke situatie,
terwijl ze het grotere geheel in gedachten houden. De concepten van
dharma zijn verweven met de vier levensstadia in het Hindoestaanse
wereldbeeld: De Brahmacharya (studententijd), het verkrijgen
van kennis en discipline. Grihastha ( huishoudelijk leven ),
het naleven van gezinsplichten. Vanaprastha ( kluizenaarschap
), het doorgeven van wijsheid en het afstand nemen van materiële
zaken. Sannyasa ( afstand van de wereld ), volledige
toewijding aan spirituele groei. Handelen volgens dharma betekent ook
het naleven van ethische principes zoals waarachtigheid ( Satya ),
geweldloosheid ( Ahimsa ) en compassie. Deze waarden helpen bij het
behouden van balans en harmonie, zowel in jezelf als in de wereld om
je heen. Door je dharma correct te volgen, kun je geleidelijk
spirituele vooruitgang boeken. Dharma wordt vaak gezien als een van
de stappen op weg naar Moksha ( bevrijding uit de cyclus van
wedergeboorte ). Dharma heeft unieke kenmerken die het onderscheiden
van andere ethische systemen, terwijl het soms ook overlapt met
universele morele principes. Dharma gaat verder dan enkel ethiek, het
is nauw verweven met het idee van kosmische orde. In tegenstelling
tot veel westerse ethische systemen die vaak gericht zijn op
interpersoonlijke relaties en moraal, benadrukt dharma een diepe
verbondenheid met de natuur, het universum en spirituele groei.
Dharma is flexibel en afhankelijk van tijd, plaats en persoonlijke
omstandigheden. Dit staat in contrast met veel westerse ethische
systemen, zoals het deontologische perspectief van Kant, waar
universele regels centraal staan, ongeacht de context. In dharma kan
wat juist is voor één persoon in bepaalde situaties niet juist zijn
voor een ander. Dharma erkent dat ieder individu een unieke rol heeft
in het leven en dat ethisch handelen moet passen bij die specifieke
rol. Veel traditionele ethische systemen hebben meer een algemeen
toepassingsgebied, zonder rekening te houden met persoonlijke
variaties. Dharma is niet alleen een code voor sociaal gedrag maar
ook een middel tot moksha (spirituele bevrijding ). Westerse ethische
systemen zijn vaak pragmatisch en gericht op het maximaliseren van
welzijn, maar missen deze directe spirituele doelstelling. In dharma
wordt ethiek gezien als onderdeel van een groter levenspad dat
verbonden is met gezondheid, meditatie, rituelen en
gemeenschapsleven. Westerse ethiek concentreert zich vaak meer op
moraliteit in een specifieke context, zoals juridische of
intermenselijke kwesties. Dharma werkt in harmonie met karma, waarbij
acties en hun gevolgen niet alleen van invloed zijn op het huidige
leven maar ook op toekomstige incarnaties. Dit lange termijn
perspectief verschilt van de meer kortzichtige benaderingen in
sommige ethische systemen. Het holistische, contextuele en spirituele
karakter van dharma maakt het uniek en uitdagend.
Moksha is ook
een kernbegrip in de Hindoestaanse spiritualiteit en filosofie. Het
wordt gezien als het ultieme doel van het menselijk bestaan, namelijk
de bevrijding uit de cyclus van wedergeboorte ( samsara ) en het
bereiken van een staat van eeuwige vrijheid, rust en eenheid met het
goddelijke. Moksha betekent letterlijk “bevrijding “of
“verlossing “. Het gaat om het loslaten van de beperkingen van de
materiële wereld, zoals verlangens, ego en karma ( de gevolgen van
acties ). Het wordt gezien als de hoogste spirituele verwezenlijking
waarin de ziel( atman ) samensmelt met de absolute realiteit (
Brahman ) of wordt bevrijd van aards lijden. Het bevrijdt de ziel van
de eeuwige cyclus van geboorte, dood en wedergeboorte ( samsara ).
Het bereiken van moksha vereist een combinatie van spirituele
beoefening en diepgaande innerlijke transformatie. Hiervoor zijn
verschillende benaderingen mogelijk, zoals Jnana Yoga ( pad van
kennis ) : Zelfkennis en inzicht in de ware aard van de ziel en
realiteit. Bhakti Yoga ( pad van toewijding ): Onvoorwaardelijke
liefde en toewijding aan een goddelijke vorm. Karma Yoga ( pad van
onbaatzuchtig handelen ): Handelen zonder gehechtheid aan de
resultaten. Raja Yoga ( pad van meditatie ): Innerlijke discipline en
meditatie om de geest te beheersen en de waarheid te ervaren. Moksha
wordt vaak beschreven als een staat van volledige vrede,
gelukzaligheid ( ananda ) en vrijheid. Het overstijgt fysieke en
emotionele ervaringen en brengt een gevoel van diepgaande eenheid met
het universum. In sommige Hindoestaanse tradities wordt Moksha gezien
als een eenwording met het goddelijke ( Brahman ), terwijl in andere
het de individuele ziel is die blijft bestaan in een eeuwige en
harmonieuze staat. Moksha is een diep filosofisch en persoonlijk
concept dat vaak reflectie en introspectie vereist.
Karma is
eveneens een fundamenteel concept in de Hindoeïstische filosofie en
verwijst naar de wet van oorzaak en gevolg. Dat wil zeggen dat elke
handeling of die nu fysiek, verbaal of mentaal is, consequenties
heeft. Het woord “Karma “ komt uit het Sanskriet en betekent
letterlijk “actie” of “daad “. De kern van het begrip is dat
elke actie een bijbehorende reactie teweegbrengt. Dit kan in je
huidige leven merkbaar zijn, maar ook in toekomstige levens,
aangezien karma nauw verbonden is met de cyclus van wedergeboorte (
samsara ). Karma kan worden verdeeld in drie categorieën: Sanchita
Karma: Dit is het verzamelde karma van je vorige levens. Zoiets als
een archief van al je daden, zowel de goede als de slechte. Prarabdha
Karma: Dit is het deel van je karma dat je huidige leven beïnvloedt.
Het omvat de ervaringen die je nu ondergaat. Agami Karma: Dit zijn de
gevolgen van de acties die je in huidige leven doet en dit zal je
toekomstige leven beïnvloeden.
Goede daden, zoals
eerlijkheid, behulpzaamheid en compassie, leiden tot positief karma.
Dit brengt positieve gevolgen in je leven. Terwijl negatieve daden,
zoals onrecht, geweld en kwaadsprekerij, een negatief karma
veroorzaken, wat tot ongewenste ervaringen kan leien. Een belangrijk
element in het begrijpen van karma is dat de intentie achter een
handeling ook een rol speelt. In de Bhagavad Gita wordt nishkama
karma aangemoedigd, handelen zonder gehechtheid aan resultaten. Dit
betekent dat je je plichten vervult zonder obsessief bezig te zijn
met wat je er voor terugkrijgt. Karma erkent dat je verleden invloed
heeft op je huidige omstandigheden, maar biedt ook ruimte voor de
vrije wil. Door bewuste keuzes te maken, kun je nieuw karma creëren
dat je toekomst positief beïnvloedt. Karma is niet alleen een
ethisch of filosofisch concept, maar ook een middel voor spirituele
groei. Het nodigt je uit om verantwoordelijkheid te nemen voor je
daden en bewuster te leven. Karma benadrukt de verbinding tussen
oorzaak en gevolg en moedigt mensen aan om hun leven met integriteit
en bewustzijn te leiden.
Samsara is
ook een kernbegrip in de Hindoestaanse filosofie, maar ook in het
boeddhisme en jainisme. Het verwijst naar de eeuwige cyclus van
geboorte, dood en wedergeboorte waarin levende wezens gevangen
zitten. Het wordt beschouwd als een wereld van voortdurende
verandering, lijden en onwetendheid. Samsara betekent letterlijk
“doorgang “of “stroom “ en beschrijft de eindeloze herhaling
van levensfasen: geboorte, dood en reïncarnatie. Het wordt vaak
afgebeeld als een rad, wat symboliseert dat we vastzitten in een
kringloop zonder begin of einde. Waarom raken we gevangen in samsara?
Door Avidya ( onwetendheid ), doordat we de ware aard van de
werkelijkheid niet kennen. Mensen identificeren zich ten onrechte met
hun fysieke en emotionele zelf in plaats van hun eeuwige ziel (atman). Door de gevolgen van onze daden( goede of slechte ) bepalen de
omstandigheden van onze volgende geboorte. Samsara blijft voortduren
zolang we nieuwe karma blijven creëren door onze acties en
verlangens. In de filosofie wordt samsara gezien als een wereld van
lijden (Dukkha), het leven is inherent onvolmaakt en gevuld met
uitdagingen en pijnen. Alles in samsara is tijdelijk, is
vergankelijk, wat leidt tot een constant gevoel van onzekerheid en
verlies. Het uiteindelijke doel in de Hindoestaanse filosofie is om
aan samsara te ontsnappen door moksha te bereiken of spirituele
bevrijding. Dit wordt weer mogelijk gemaakt door het eerder genoemde
begrip zelfrealisatie (atman erkennen als één met Brahman ). Het
oplossen van karma door onbaatzuchtig handelen en juiste intenties.
Door het overwinnen van gehechtheid aan verlangens en het loslaten
van onwetendheid. Samsara symboliseert meer dan alleen fysieke
wedergeboorte, het verwijst ook naar mentale cycli van gehechtheid,
verlangen en verdriet in het dagelijks leven. Bevrijding van samsara
betekent niet alleen het beëindigen van fysieke reïncarnatie, maar
ook het overstijgen van wereldse beperkingen en lijden. Samsara roept
mensen op om na te denken over hun daden en het grotere spirituele
doel in hun leven.
Ahimsa betekent
letterlijk “niet-schaden “ of “geweldloosheid “en is een
centraal ethisch principe in de Hindoestaanse filosofie, evenals in
het boeddhisme en jainisme. Het is niet alleen een fysieke praktijk,
maar ook een spiritueel en moreel ideaal dat diepe betekenis heeft in
het dagelijks leven. Ahimsa verwijst naar het vermijden van schade,
zowel in gedachten, woorden als in daden, tegen alle levende wezens.
Het impliceert compassie, vriendelijkheid en respect voor het leven
in al zijn veelzijdige vormen. In de Hindoestaanse traditie wordt
Ahimsa niet alleen gezien als ethische verplichting, maar ook als een
spirituele praktijk die helpt bij het bevorderen van harmonie en het
reduceren van negatief karma. Het overstijgt fysieke geweldloosheid
en omvat ook het vermijden van mentale en emotionele schade, zoals
haatdragende gedachten of kwetsende woorden. Veel mensen volgen een
vegetarische of veganistische levensstijl als uitdrukking van Ahimsa,
omdat het doden van dieren wordt gezien als een schending van
geweldloosheid. Het oefenen van geduld, tolerantie en
vergevingsgezindheid valt ook onder Ahimsa. Dit kan betekenen dat men
conflicten vreedzaam oplost. Ahimsa kan zich ook manifesteren in
sociale activisme, zoals het bevorderen van vredesinitiatieven of het
beschermen van milieurechten. Het begrip Ahimsa kreeg wereldwijde
aandacht door de praktijk van Mahatma Gandhi, die het gebruikte als
filosofische basis voor zijn geweldloze bewegingen tegen de koloniale
overheersing in India. Zijn concept van Satyagraha (waarheidskracht )
is nauw verbonden met Ahimsa. Het naleven van Ahimsa kan ingewikkeld
zijn, vooral in situaties waarin geweld moeilijk te vermijden lijkt.
Er zijn uiteenlopende interpretaties van hoe strikt dit principe
gevolgd moet worden. Sommige tradities beschouwen de intentie achter
een handeling als belangrijker dan de handeling zelf. Hierbij wordt
bedoeld dat de motivatie of intentie achter een handeling een
belangrijkere factor is bij het bepalen van de ethische waarde dan de
feitelijke handeling zelf. Als een persoon bijvoorbeeld een insect
doodt terwijl hij probeert iets te redden, kan deze actie niet als
schending van Ahimsa worden gezien, omdat de intentie mededogend en
geweldloos was. In veel westerse ethische benaderingen is het naleven
van de regel vaak strikter en belangrijker dan de intentie.
Daartegenover staat dat in sommige oosterse tradities het morele
bewustzijn en de innerlijke motivatie meer nadruk krijgen. Het idee
achter dit principe is dat handelen vanuit een zuivere intentie niet
alleen ethisch juist is, maar ook leidt tot spirituele groei. Het
helpt om gehechtheid aan resultaten los te laten en karma te
zuiveren.
Meditatie en Yoga
zijn eveneens centrale praktijken in de Hindoestaanse filosofie en
spiritualiteit, ontworpen om het lichaam, de geest en de ziel in
harmonie te brengen. Meditatie( Dhyana ) is een diepe, bewuste
praktijk die gericht is op innerlijke rust, zelfreflectie en
spirituele verbinding. Het speelt een belangrijke rol in
verschillende spirituele tradities van het hindoeïsme. Het doel
naast het kalmeren van de geest, het loslaten van afleidingen, het
bereiken van zelfbewustzijn en spirituele groei, is ook het
verbinding zoeken met de hogere realiteit ( Brahman ). Er zijn heel
veel verschillende meditatie technieken, zoals de Mantra-meditatie:
Herhaling van heilige woorden of klanken zoals “Om “ om de geest
te focussen. Mindfulness ( Sati ): Het volledig aanwezig zijn in het
huidige moment zonder oordeel. Visualisatie: Het creëren van mentale
beelden van goddelijke vormen of innerlijke lichtenergie. Meditatie
versterkt concentratie en emotioneel evenwicht. Vermindert stress en
verhoogt de algehele rust. Bevordert een dieper begrip van de eigen
spirituele natuur. Yoga is niet alleen een fysieke oefening, het is
een alomvattend pad voor zelfdiscipline, spirituele groei en
eenwording met het universum. Het woord “yoga “ betekent
letterlijk “vereniging”. De vier belangrijke paden van yoga zijn:
- Bhakti Yoga ( Pad
van Toewijding ). Deze is gericht op liefde en toewijding aan de
goddelijke vorm. Praktijken omvatten gebeden, zang en devotionele
rituelen.
- Karma Yoga ( Pad
van Onbaatzuchtige Handeling ). Het uitvoeren van acties zonder
gehechtheid aan de resultaten. Het doel is om ego los te laten en
altruïsme te cultiveren.
- Jnana Yoga ( Pad
van Kennis ). Gericht op zelfrealisatie via studie van heilige
geschriften en filosofie. Ook hier staat het inzicht centraal dat
atman en Brahman één zijn.
- Raja Yoga ( Pad
van Meditatie ). Omvat fysieke houdingen (asanas),
ademhalingstechnieken ( pranayama ) en meditatie. Dit is wat vaak
wordt geassocieerd met “yoga” in het Westen.
De klassieke
beschrijving van yoga komt van de Yoga Sutra’s van Patanjali,
waarin een achtvoudig pad wordt beschreven:
- Yama ( Ethiek,
zoals geweldloosheid ). Het vertegenwoordigt ethische leefregels en richtlijnen voor hoe men zich op een morele manier kan gedragen, zowel ten opzichte van anderen als van zichzelf. Er zij vijf principes binnen Yama: Ahimsa(geweldloosheid),Satya( waarheid, eerlijkheid), Asteya( niet stelen), Brahmacharya (zelfbeheersing), Aparigraha(geen bezitsdrang).Yama kan worden gezien als de morele fundamenten van yoga, die niet alleen de spirituele beoefening ondersteunen maar ook bijdragen aan een respectvol en bewust leven.
- Niyama (
Zelfdiscipline, zoals zuiverheid ).Het gaat over persoonlijke discipline en innerlijke zuiverheid. Het focust zich op de ontwikkeling van je innerlijke zelf en je eigen levenshouding.
- Asana (
Lichamelijke houdingen ).Populaire houdingen zoals de Lotushouding(Padmasana) en Boomhouding(Vrikshasana) zijn voorbeelden van Asana's die niet alleen lichamelijke voordelen bieden, maar ook spirituele focus en concentratie ondersteunen.
- Pranayama (
Adembeheersing ). Het woord is samengesteld uit twee Sanskrietwoorden: prana, wat levensenergie of vitale kracht betekent en ayama, wat beheersing of uitbreiding betekent. Het gaat dus om het bewust reguleren van de ademhaling om zowel lichaam als geest in balans te brengen.
- Pratyahara (
Terugtrekking van de zintuigen ).Het beheersen van de zintuigen en het loslaten van gehechtheid aan externe objecten en indrukken. De geest wordt gemakkelijk afgeleid door de vijf zintuigen, die constant informatie verzamelen uit de buitenwereld. Door pratyahara te beoefenen, leer je om de zintuigen te beheersen en naar binnen te keren, zodat de geest niet afhankelijk is van externe stimuli. Je aandacht wordt dan gericht op je innerlijke wereld, zoals je ademhaling, hartslag of innerlijke stilte. Je leert om niet te reageren op zintuiglijke impulsen, maar ze te observeren zonder je eraan te hechten. In spirituele zin is pratyahara een krachtig hulpmiddel om de geest te zuiveren en klaar te maken voor de diepere stadia van meditatie en zelfrealisatie.
- Dharana (
Concentratie of Focus ). Het draait om het richten van de geest op één enkel object, geluid, idee of visualisatie, zonder afleiding. Het doel is om de geest stil te maken en alle gedachten die afleiden los te laten. Dit kan door je aandacht op je ademhaling, een mantra of een kaarsvlam te richten.
- Dhyana ( Meditatie of Contemplatie ).Het verwijst naar een diepe staat van concentratie en bewustzijn, waarin de geest stil en gefocust wordt, vrij van afleidingen.
- Samadhi (
Eénwording met het goddelijke ). Het is een staat van totale concentratie, waarin de geest volledig stil is en alle externe en interne afleidingen zijn verdwenen. Het wordt gezien als een staat van spirituele verlichting en eenheid met het universum, waarin het ego en de individuele identiteit volledig worden overstegen.
Hoewel meditatie en
yoga vaak afzonderlijk worden beoefend, vullen ze elkaar aan. Yoga
bereidt het lichaam en de geest voor op meditatie door fysieke en
mentale balans te creëren. Meditatie helpt vervolgens om de diepere
spirituele doelen van yoga te bereiken. Beide praktijken bieden niet
alleen fysieke voordelen, zoals verbeterde flexibiliteit en
ademhaling, maar zijn ook krachtige middelen voor spirituele en
persoonlijke transformatie.
Darshana’s
in het Hindoeïsme verwijzen naar de zes orthodoxe filosofische
systemen die de basis vormen van de Hindoestaanse filosofie. Het
woord Darshana betekent letterlijk “ visie ” of “inzichten”
en elk van deze systemen biedt een unieke manier om het universum,
het bestaan en het spirituele pad te begrijpen. Er zijn zes
belangrijke Darshana’s:
- Nyaya: Gericht op
logica en redenering. Dit systeem onderzoekt hoe kennis wordt
verworven en benadrukt de rol van logica en argumentatie in het
begrijpen van de waarheid.
- Vaisheshika: Richt
zich op de analyse van de fysieke wereld. Het beschrijft het
universum als opgebouwd uit atomen en streeft naar het begrijpen van
de natuurlijke orde.
- Samkhya: Een
dualistisch systeem dat de scheiding benadrukt tussen bewustzijn
(Purusha) en materie (Prakriti). Deze dans van Purusha en Prakriti vormt de kern van Samkhya en leidt tot het ontstaan van de elementen, ook wel de pancha mahabhutas genoemd: aarde, water, vuur, lucht en ether (ruimte). De vijf elementen vormen de basis voor alles in de fysieke wereld. Ze komen voort uit de wisselwerking tussen bewustzijn en materie en worden ook in Ayurveda gezien als de bouwstenen van het lichaam en de natuur. Deze elementen zijn essentieel voor de dosha's (Vata, Pitta en Kapha), de krachten die volgens Ayurveda ons lichaam en onze geest reguleren. Het verklaart hoe deze twee
samenwerken om de wereld en het leven te creëren, waarbij hun samenspel niet alleen de materiele wereld betreft, maar ook de innerlijke processen van de menselijke ervaring.*
- Yoga: Een
praktisch systeem dat voortbouwt op Samkhya en methoden biedt voor
zelfdiscipline, meditatie en spirituele bevrijding. De Yoga Sutra’s
van Patanjali vormen de kern van deze filosofie.
- Purva Mimamsa:
Gericht op het interpreteren en naleven van de Veda’s, met nadruk
op rituelen en dharma (plicht). Het benadrukt de rol van acties in
het bereiken van harmonie met kosmische wetten.
- Vedanta ( Uttara
Mimamsa): Dit systeem onderzoekt de ultieme realiteit ( Brahman ) en
de aard van het zelf ( Atman ). Er zijn verschillende stromingen
binnen Vedanta, waaronder het al eerder genoemde Advaita (
non-dualisme ), die stelt dat Atman en Brahman één zijn. Deze
verschillende Darshana’s bieden een uitgebreid raamwerk om zowel
het materiële als spirituele aspect van het leven te begrijpen.
Samen vormen ze een rijke filosofische traditie die blijft
inspireren.
Gezien de doelstelling van deze beschouwing heb ik de hindoe goden bewust niet genoemd. Misschien dat deze
beschouwing over de spirituele filosofie in de Hindoestaanse cultuur
iets te lang is geworden en daardoor de leesbaarheid negatief wordt
beïnvloed. Reacties van harte welkom!!
J.J.v.Verre.
Bronvermelding:
- Hindoeïstische
filosofie, nl.m.wikipedia.org.
- Oorsprong,
ontwikkeling en filosofie van het hindoisme, Nivedita Yohana,
wijsheidsweb.nl
- Hindoe filosofie/
Stichting Shri Sanatan Dharma Sabha, shrirammandir.nl.
- Hindoeïsme:
Oorsprong, Filosofie en Invloed op de Wereld. Geloof 29-10-2024.
cw-opinie.nl.
- Darshana’s:
filosofische geschriften van het hindoeïsme, hindoedharma.nl.
- Bhakti-yoga,
nl.m.wikipedia.org.
- Wat is Bhakti
yoga? Yoga-international.nu.
- Hindu Meditatie,
fascinerend.nl.
- Betekenis van Indiase filosofie, wisdomlib.org.
- Samkhya filosofie: een reis naar zelfkennis en bewustzijn, ayurdaay.com.*